Komende week is het precies veertien jaar geleden dat de psycholoog/publicist Piet Vroon overleed. Zo’n vijf maanden na zijn dood werd zijn woonhuis aan de Weidsteeg te Culemborg ontruimd. Naar aanleiding van die gebeurtenis schreef ik indertijd het volgende gedicht.
Weidsteeg
Op een heldere ochtend na een half jaar:
gordijnen afgehaald, huisraad aan de straat.
Lukraak een bank, een lamp, een kapot
koffiezetapparaat.
Kortom de rotzooi die een man van aanzien
achterlaat. Verderop het dorpse gepraat
over wat een mens
voor zo een daad moet hebben meegemaakt.
Dit zeg ik. Dit. Deze onttakeling, hem
al eerder aangedaan.
Dit gonzende failliet, bij leven doorstaan.