Culemborgs stadsgedicht 3

Zwaaikom

Weer op het veer.

Opvallend in de walmende uiterwaard,
aan de voet van de spoorbrug, uitziend
over de rivier op dit veel te vroege uur:

iemand die zwaait.

Misschien naar een lief aan de overzij,
naar vrienden aan boord, of misschien
alleen maar om zelf te worden gezien,

misschien door mij.

Omwaarachtiger te gaan leven,de kap
te kruien en naar de wind te gaan staan,
de geest te tonen deze dag te doorstaan:

hartsterkend zwaaien.

De pont doet prr-bok-bok-bok, er klinkt
een bel, een ratelende ketting, startende
motoren en alles zal worden als het was

weer terug aan wal.

 

Dit bericht werd geplaatst in Culemborgse stadsgedichten. Bookmark de permalink .

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s